De snoeischaar

Over ontspannen in drukke tijden

De snoeischaar knipt af. Tak na tak verdwijnt de wildgroei een beetje uit mijn tuin. Eigenlijk vind ik wildgroei heerlijk. De vogels hebben honderden takken en takjes om te gaan zitten. Ik geniet ervan hoe planten, struiken en bomen zelf verkiezen te groeien. Alles kronkelt zich naar het licht. In de schaduw eronder is het goed toeven. Maar soms moet de snoeischaar erin. Snoeien doet bloeien, is het aloude gezegde. De takken worden te zwaai om zichzelf te dragen en de kluwen van groen dat om en in zichzelf groeit te groot. De schaduw wordt duisternis, waaronder niets meer groeien kan.

Ik voel het al in de zomer: ik moet weer eens gaan snoeien. Geen jaarlijkse bezigheid. Want ik houd zo van de weelderige rijkdom van mijn bostuin. Het duurt nog tot aan oktober dat ik eraan toegeef. Deze week was het zover. Mijn hele lijf was vol van het vele en harde werken. Iedere keer weer een prachtig en indrukwekkend afscheid meemaken, gaat in mijn lichaam zitten en maakt me vol. Tijd dus voor een weekje andere dingen.        

Op mijn kop

Het beste medicijn tegen een vol hoofd is voor mij op mijn kop gaan staan in de tuin. Ik ben geen vaardig tuinier. Ik doe maar wat, op gevoel en ‘zolang het maar leuk blijft’. Heerlijk is het ook om me te laten onderbreken door de vogels om me heen. Dan sta ik doodstil en geniet van de mussen en mezen die mij gewend zijn en om mij heen hun drukke leventje leiden. Maar als ik eenmaal ben begonnen, dan ben ik niet meer te stuiten. Zo sta ik in mijn werk en zo sta ik in het leven.   

Snoeien is loslaten en dat voelt goed

Eerst de grote takken, dan de kleine. Ik wik en de snoeischaar beschikt. Iedere struik of boom is een eigen project. De ene moet korter, de andere juist uitgedund. Ik knip, ik knip fijn. Ik loop er omheen of er ergens nog wat af kan, zoals de kapper een kapsel afspeurt. En ondertussen laat ik los. Snoeien is loslaten. Is een cesuur nemen in de oneindige symfonie van groei. Nu wordt alles niet méér, maar minder. En dat voelt goed. Less is more.    

Ondertussen denk ik na en denk ik niets. Halve en hele gedachten gaan door me heen tot een snoeiuitdaging mijn gedachtegang afbreekt en me volledig opeist. Want, mijn hemel, hoe kan ik met mijn 1 meter 62 hier nu weer bij? Maar het lukt altijd weer, hoewel niet altijd zonder slag of stoot. Soms is snoeien stoeien. De krassen op mijn armen vertellen het na.

Een ritueel

Ik vraag me af of snoeien een ritueel is. En dan bedoel ik niet een ritueel als in een ‘gewoonte’ of een terugkerend gebruik. Maar of het een handeling is die een diepere betekenis geeft aan een moment of periode in mijn leven.  

Als ik kijk naar mijn leven: naar mijn vele activiteiten voor mijn bedrijf, alle nevenactiviteiten, het vrijwilligerswerk en natuurlijk ook mijn rol in het gezin. Dan kan ik niet anders concluderen dat het is als de weelderige bostuin waar ik zo van hou. Niet netjes aangeharkt, maar prachtig mooi organisch groeiend, met takken genoeg voor vogels van diverse pluimage om er neer te strijken voor even of een langer moment. Voor honkvaste vogels die er blijven wonen, net als ik, of wegtrekken als hun tijd gekomen is. In de schaduw is het er goed toeven. 

Snoeibeurt

Is mijn leven toe aan een snoeibeurt en durf ik de snoeischaar erin te zetten? Als ik kijk naar mijn tuin: hoeveel licht en ruimte het heeft gegeven – en gelukkig nog steeds een rommeltje is als in een heerlijk bos. Dan zeg ik tegen mijzelf:  ja dat zou me goed doen. Want de takken leunen soms wel heel zwaar op elkaar. 

Less is more. Ik voel het. Snoeien is bloeien, ook in mijn eigen leven. Door mijn tuin te snoeien ben ik me bewust geworden van wat een goede snoeibeurt me kan brengen: licht en ruimte. Dit is het begin. Tijd nu voor stap twee.

Written by 

One thought on “De snoeischaar”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.